Emissie bollenteelt Drentsche Aa valt mee
21 december 2017
Emissie bollenteelt Drentsche Aa valt mee
De eerste resultaten van de waterkwaliteitmonitoring naast bollenpercelen in het Drentsche Aa-gebied geven een positief beeld. De bijdrage van bollentelers aan het voorkomen van gewasbeschermingsmiddelen in het oppervlaktewater bij het innamepunt voor drinkwater lijkt mee te vallen.
Uit de metingen door waterschap Hunze en Aa’s in de afgelopen zomer lijkt er geen directe relatie te zijn tussen toepassing van gewasbeschermingsmiddelen en het aantreffen ervan in de sloot. Middelen die op een bollenperceel in het groeiseizoen wekelijks zijn gebruikt, zijn een enkele keer aangetroffen in de nabijgelegen sloot.
Sommige stoffen worden ook pas weken of maanden later aangetroffen dan op het moment van toepassen. ‘Het lijkt erop dat uit- of afspoeling bij buien of door beregening een belangrijke emissieroute is’, stelt projectleider Yvonne Gooijer van adviesbureau CLM vast.
Watermonsters nemen
In 2018 gaat het waterschap daarom samen met de telers specifiek op deze aspecten bemonsteren. Met deze kennis kunnen bollentelers dan ook op deze route hun emissie te verminderen.
Om een indicatie te geven van eventuele emissie vanuit bollenpercelen heeft het waterschap in de zomer vier keer watermonsters genomen op willekeurige momenten in een sloot naast een lelieperceel. In de metingen zijn vier stoffen aangetroffen die daar zijn toegepast. Het gaat hierbij om herbiciden en een insecticide. Er is ook een viertal stoffen gevonden in het slootwater die niet op het perceel zijn gebruikt. ‘De aangetroffen concentraties in de genomen monsters waren dermate laag dat het niet aannemelijk is dat dit tot normoverschrijdingen zal leiden bij het innamepunt’, stelt Gooijer vast. Lees meer op de website van Nieuwe Oogst.